De energieprestatiecoëfficiënt (EPC) voor nieuwbouwwoningen wordt per 1 januari 2006 aangescherpt tot 0,8. Tegelijkertijd wordt een nieuwe methodiek voor de berekening van de EPC ingevoerd. De aanscherping naar 0,8 heeft forse consequenties wat betreft het bouwkundige en/of installatietechnische ontwerp van de woning. Hoe kan een kosteneffectieve woning met een EPC van 0,8 gerealiseerd worden?
26 D E C E M B E R 2005
bruik van een nieuw klimaatjaar met een berekening per
maand en gedetailleerdere berekeningen van het rende-
ment van collectieve systemen.
De EPC is een maat voor de energetische kwaliteit van een
woning. Hoe lager de EPC des te beter de energetische
kwaliteit en des te lager het primaire energiegebruik. In de
Energie Prestatie Norm is beschreven op welke wijze de
EPC wordt berekend. De belangrijkste wijziging in de
nieuwe rekenmethodiek is dat rekening gehouden wordt
met de kans op oververhitting. Bij nieuwbouwwoningen
wordt namelijk regelmatig geconstateerd dat in de zomer
de binnentemperatuur (te) hoog oploopt. Grote glaspartij-
en op het zuiden zijn nu nog aantrekkelijk om een lage
EPC te realiseren vanwege de benutting van zonnestraling
in de winter. Dezelfde zoninstraling kan echter in de zo-
mer oververhitting veroorzaken. In de nieuwe EPC-me-
thodiek wordt de kans op oververhitting meegenomen in
de berekening. Als de berekende binnentemperatuur bo-
ven de 24 ?C stijgt, wordt een fictieve koellast bepaald.
Deze kan weggekoeld worden met een voor de woning ge-
selecteerde koelinstallatie. Indien geen koelinstallatie is
geselecteerd, wordt een fictieve koelmachine gebruikt met
een vastgestelde COP (maat voor het rendement van een
koelmachine). De koelmachines gebruiken energie wat de
energieprestatie van de woning negatief be?nvloedt. De in-
troductie van de nieuwe rekenmethodiek heeft dus ook
gevolgen voor de EPC van een woning.
De toepassing van vaste buitenzonwering zorgt voor een
vermindering van de koelbehoefte en daarmee voor een
verlaging van de EPC. Voorheen had buitenzonwering
geen effect op de EPC. De binnenkomende zonnestraling
wordt met buitenzonwering voor een gemiddeld raam op
het zuiden in de zomer met ruim 40% verminderd. Het ef-
fect van buitenzonwering op de EPC is circa -0,02, afhan-
kelijk van het type woning, de isolatiegraad en de ori?n-
tatie van de woning. Hierdoor is een fluctuatie mogelijk
van 0,01. Andere wijzigingen in de Energie Prestatie
Norm zijn de toevoeging van nieuwe technieken, het ge-
Ir. Gert Harm ten Bolscher & Drs. Hans van der Heide
De energieprestatieco?ffici?nt (EPC) voor nieuwbouwwoningen
wordt per 1 januari 2006 aangescherpt tot 0,8. Tegelijkertijd wordt
een nieuwe methodiek voor de berekening van de EPC ingevoerd.
De aanscherping naar 0,8 heeft forse consequenties wat betreft het
bouwkundige en/of installatietechnische ontwerp van de woning.
Hoe kan een kosteneffectieve woning met een EPC van 0,8
gerealiseerd worden?
richtlijn
Aanscherping EPC
DE AUTEUR
Ir. Gert Harm ten
Bolscher en Drs.
Hans van der Hei-
de zijn beide
werkzaam bij
DWA installatie-
en energieadvies,
respectievelijk als
manager van de
DWA-vestiging in
Rijssen en als se-
nior technicus.
H o e k a n e e n k o s t e n e f f e c t i e v e w o n i n g
20.000
18.000
16.000
14.000
12.000
10.000
8.000
6.000
4.000
2.000
0
EPC=1.0
Basisvariant
Comfort
Bouwkundig
minimaal
Duurzaam
Duurzaam
Ventilatie
Duurzaam
tapwater
Zeer
comfortabel
Investering bouwkundig
Investering installatietechnisch
Figuur 1: kosten van de bouwkundige en installatietechnische investe-
ring van de verschillende energieconcepten.
- 1.000 - 500 0 500 1.000
Afschrijvingskosten
Duurzaam tapwater
Zeer comfortabel
Duurzaam Ventilatie
Duurzaam
Bouwkundig minimaal
Comfort
Basisvariant
EPC = 1.0 Energiekosten
Figuur 2: verandering van de woonlasten door afschrijvingskosten en
besparing op de energiekosten voor het 1e exploitatiejaar.
In de nieuwe EPC-methodiek wordt de
kans op oververhitting meegenomen
in de berekening. De toepassing van
vaste buitenzonwering zorgt voortaan
voor een verlaging van de EPC.
D E C E M B E R 2005 27
kend. Geconcludeerd kan worden dat verschillende ener-
gieconcepten met een EPC van 0,8 kosteneffectief gereali-
seerd kunnen worden. De eigenaar-bewoner gaat er over
een looptijd van 15 jaar bij het merendeel van de concep-
ten financieel op vooruit. Daarnaast gaat de eigenaar-be-
woner er bij de huidige energieprijs qua woonlasten niet op
achteruit.
Kosten
De EPC van een woning kan verlaagd worden door het
nemen van maatregelen op het gebied van ruimteverwar-
ming, warm tapwaterbereiding, ventilatie en beperking
van de warmtevraag.
In de figuren 2 en 5 zijn de kosten van en de verandering
van de netto woonlasten van verschillende concepten bere-
voor woningbouw
m e t e e n E P C v a n 0 , 8 g e r e a l i s e e r d w o r d e n ?
EPC = 1,0 Basisvariant Comfort Bouwkundig Duurzaam Duurzaam Duurzaam Zeer
minimaal Ventilatie tapwater comfortabel
Schilisolatie Rc = 2,5 Rc = 3,5, Rc = 3,5, Rc = 2,5, Rc = 3.5, Rc = 3.5, Rc = 3.5, Rc = 3.5,
ge?soleerde ge?soleerde ge?soleerde ge?soleerde ge?soleerde ge?soleerde ge?soleerde
buitendeuren buitendeuren buitendeuren buitendeuren buitendeuren buitendeuren buitendeuren
Glas HR++-glas HR++-glas HR++-glas HR++-glas HR++-glas HR++-glas HR++-glas HR++-glas
Kierdichting Dubbel Dubbel Dubbel Dubbel Dubbel Dubbel Dubbel Dubbel
Ruimte-
verwarming HR107 ketel HR107 ketel HR107 ketel HR107 ketel HR107 ketel HR107 ketel HR107-ketel Warmtepomp
Warm tapwater HR-combiketel HR-combiketel HR-combiketel HR-combiketel HR-combiketel HR-combiketel Warmtepomp- Combiwarmte
met hoog tap- met hoog tap- met hoog tap- met hoog tap- met hoog tap- met hoog tap- boiler voldoet pomp voldoet
water rendement water rendement water rendement water rendement water rendement water rendement aan kwaliteits- aan kwaliteits-
+ zonnecollector + zonnecollector keurmerk keurmerk
Warmte-afgifte-
systeem Radiatoren Radiatoren Vloerverwarming Radiatoren Radiatoren Radiatoren Radiatoren Vloerverwarming
Koeling geen geen geen geen geen geen geen Warmtepomp +
bodemwarmte-
wisselaar
Koude-afgifte-
systeem geen geen geen geen geen geen geen Vloerverwarming
Ventilatie Natuurlijke toe- Gebalanceerde Gebalanceerde Gebalanceerde Natuurlijke toe- Zelfregelende Natuurlijke toe- Gebalanceerde
en mechanische ventilatie 95% ventilatie 95% ventilatie 95% en mechanische roosters en mechanische ventilatie 95%
afvoer WTW, geen WTW met WTW met afvoer afvoer WTW + bypass
bypass bypass bypass
WTW douche-
water geen geen geen geen Ja Ja geen geen
PV-panelen
(10 m2) geen geen geen geen geen geen geen geen
Zonwering geen Ja geen geen Ja geen geen geen
EPC 1,00 0,76 0,73 0,78 0,79 0,77 0,80 0,57
iStockphoto/JeanSchweitzer
Tabel 1: individuele
concepten voor een
tussenwoning met een
EPC van 0,8.
28 D E C E M B E R 2005
Toepassing van een combiwarmtepomp heeft als bijko-
mend voordeel dat de woning in de zomer, tegen geringe
meerkosten, gekoeld kan worden (topkoeling/comfort-
koeling). Naast verbetering van de woonkwaliteit op bo-
vengenoemde aspecten hebben de energieconcepten ook
invloed op andere aspecten, zoals uitstraling en ruimtebe-
slaginvloed.
CO2-uitstoot
Door aanscherping van de EPC wordt het primaire ener-
giegebruik van nieuwbouwwoningen gereduceerd. De re-
ductie hiervan heeft een verlaging van de CO2-uitstoot tot
gevolg. Door de aanscherping van de EPC van 1,4 in 1995
naar 0,8 in 2006 wordt de CO2-uitstoot per woning ge-
middeld met circa 45% gereduceerd. Hiermee wordt een
aanzienlijke bijdrage geleverd aan de realisatie van de kli-
maatdoelstellingen. Het beeld is echter wel deels verte-
kend: in de EPC-berekening wordt geen rekening gehou-
den met het energiegebruik van huishoudelijke appara-
tuur, dat de laatste jaren fors is toegenomen. Om de kli-
maatdoelstellingen te realiseren en voor toekomstige ge-
neraties een duurzame samenleving te garanderen, moet
de aanscherping van de EPC naar 0,8 slechts als een tus-
senstation worden gezien. Verdere reductie van het ener-
giegebruik van woningen is noodzakelijk. Dit kan deels
gerealiseerd worden door verdere aanscherping van de
EPC.
Geconcludeerd kan worden dat een EPC van 0,8 voor
nieuwbouwwoningen op diverse wijzen kosteneffectief
kan worden gerealiseerd. Naast energiebesparing, en dus
ook CO2-reductie, kan dit een positieve invloed op het
comfort en binnenklimaat in de woning hebben. Hierbij is
een integrale benadering van groot belang: vooraf moet
goed nagedacht worden over de wensen van de opdracht-
gever. Deze moeten daarna worden ingevuld met behulp
van de juiste combinaties van technische systemen. Een
EPC van 0,8 kan echter niet gezien worden als eindstation
voor een duurzame samenleving. Verdere reductie van het
energiegebruik van woningen blijft noodzakelijk. ????s
De verlaging van de EPC naar 0,8 hoeft niet ten koste te
gaan van een gezond en comfortabel binnenmilieu. Toe-
passing van gebalanceerde ventilatie met warmteterug-
winning geeft de mogelijkheid om de verse buitenlucht te
filteren. Hierdoor komt er niet alleen verse lucht, maar
ook schone lucht de woning binnen. Door toepassing van
lage temperatuur verwarming (in de vorm van vloerver-
warming) neemt het comfort in de woning toe doordat de
warmte meer gelijkmatig over het vertrek wordt verdeeld.
Invloed rekenmethodiek
De introductie van de nieuwe rekenmethodiek heeft een impliciete aanscherping
van de EPC tot gevolg. In figuur 3 is met de nieuwe rekenmethodiek de EPC be-
paald van verschillende woningtypen die volgens de huidige methodiek op een
EPC van 1,0 uitkomen. Hierbij is gerekend met de door SenterNovem gedefi-
nieerde referentiewoning `tuinkamer tussenwoning'. De EPC valt (met uitzonde-
ring van de tussenwoning) met de nieuwe methodiek hoger uit. Voor woningen
met grote glaspartijen op het zuiden zal het effect nog groter zijn.
1,05
1
0,95
0,9
0,85
0,8
EPC
Vrijstaande
woning
2^1 kap
woning
AppartementTussenwoning
Huidige methodiek Nieuwe methodiek
Sinds 1995 wordt de EPC gehanteerd als richtlijn voor het maximale energiege-
bruik van nieuwbouwgebouwen. De EPC is destijds op 1,4 vastgesteld en in 1998
en 2000 bijgesteld naar respectievelijk 1,2 en 1,0. Vanaf 2006 wordt de norm
verder verlaagd naar 0,8. De laatste wijzigingen worden geregeld door een tus-
sentijdse wijziging van het Bouwbesluit 2003.
Vrijstaande woning 2^1 kap woning AppartementTussenwoning
8,0
7,0
6,0
5,0
4,0
3,0
2,0
1,0
0,0
1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007
jaar
CO2-emissie(ton)
EPC 1,4 EPC 1,2 EPC 1,0 EPC 0,8
Figuur 4: CO2-emissie van diverse nieuwbouwwoningen bij verschillende EPC's. Sinds 1995 wordt
de EPC gehanteerd als richtlijn voor het maximale energiegebruik van nieuwbouwgebouwen. De
EPC is destijds op 1,4 vastgesteld en in 1998 en 2000 bijgesteld naar respectievelijk 1,2 en 1,0.
Vanaf 2006 wordt de norm verder verlaagd naar 0,8. De laatste wijzigingen worden geregeld door
een tussentijdse wijziging van het Bouwbesluit 2003.
richtlijn
- 5.000
- 4.000
- 3.000
- 2.000
- 1.000
0
1.000
2.000
3.000
4.000
5.000
EPC=1.0
Basisvariant
Comfort
Bouwkundig
minimaal
Duurzaam
Duurzaam
Ventilatie
Duurzaam
tapwater
Zeer
comfortabel
Nettocontantewaarde
Figuur 5: de netto contante waarde van de investering is berekend over
een looptijd van 30 jaar met een technische levensduur van 15 jaar
voor de installaties. Voor de berekening van de netto contante waarde
is uitgegaan van een inflatie van 2%, hypotheekrente van 3,85% en
een jaarlijkse energiekostenstijging van 6% (inclusief inflatie).
Figuur 3: EPC basispakket voor verschillende woningtypen volgens de huidige en de nieuwe
berekening.
Reacties