‘De implementatie? Dat is gewoon een kwestie van doen!’ Was het echt zo simpel, dan was dit artikel niet geschreven. Lange tijd is het implementeren van beleid gelijkgesteld aan het een-op-een uitvoeren van maatregelen waartoe nu eenmaal door de directie op een bepaald moment besloten was. Die definitie van implementatie, binnen dit kader ‘implementatie oude stijl’ genoemd, heeft ons echter op het verkeerde been gezet. Implementatie oude stijl gaat bijna altijd mis, vooral als het ingewikkeld wordt.
renda special 2011/2 strategisch voorraadbeleid nieuwe stijl50
strategisch voorraadbeleid
nieuwe stijl
`De implementatie? Dat is
gewoon een kwestie van
doen!' Was het echt zo
simpel, dan was dit artikel
niet geschreven. Lange tijd
is het implementeren van
beleid gelijkgesteld aan het
een-op-een uitvoeren van
maatregelen waartoe nu
eenmaal door de directie op
een bepaald moment beslo-
ten was. Die definitie van
implementatie, binnen dit
kader `implementatie oude
stijl' genoemd, heeft ons
echter op het verkeerde
been gezet. Implementatie
oude stijl gaat bijna altijd
mis, vooral als het ingewik-
keld wordt.
tekst en foto's ritske dankert
renda special 2011/2strategisch voorraadbeleid nieuwe stijl 51
En er zijn meer fundamentele bezwaren. Zo is het niet risicoloos om
gisteren genomen besluiten uit te voeren zonder te letten op wat er
vandaag in de wereld is veranderd. Daarom is er een implementatie
`nieuwe stijl' nodig; een implementatieproces dat de uitvoerders op de
werkvloer meer ruimte geeft om de juiste dingen te doen, en waarin
beleidsmakers meer feeling krijgen met de praktijk. In dit artikel ?
gebaseerd op het proefschrift `Balanceren tussen uitvoering en
bewuste afwijking van beleid' ? gaat Ritske Dankert in op de proble-
men van implementatie oude stijl en formuleert hij drie opdrachten om
te komen tot een nieuwe stijl van implementeren.
OverheIDsprOgramma's
Door wetenschappers en journalisten zijn al veel mislukte implementa-
tieprocessen beschreven. Op het gebied van volkshuisvesting is al in
de jaren zeventig onderzoek gedaan naar de implementatie van over-
heidsprogramma's. Zo wilde de federale Amerikaanse overheid door
middel van het programma `New Towns In-Town' de overtollige stuk-
ken grond overdragen aan lokale overheden. Die zouden dan sociale
huisvesting op deze gronden moeten realiseren. De voorwaarden
waaronder de gronden werden overgedragen waren erg gunstig. Toch
werden slechts op twee van de zeven bestudeerde locaties daadwer-
kelijk woningen gebouwd. Auteur Martha Derthick van deze studie
concludeert dan ook dat de federale overheid slechts zeer beperkte
invloed heeft op de lokale overheden. In de praktijk bleek dat deze zich
meer gelegen lieten liggen aan lokale actiegroepen en eerdere beleids-
keuzes, dan aan de wensen van de federale overheid. Ook waren de
ambities met betrekking tot de woningen die gerealiseerd moesten
worden, onrealistisch hoog gesteld.
Als we wat verder inzoomen, blijkt dat ook het beleid van woningcor-
poraties niet altijd zo gemakkelijk uit te voeren is. Bij een van de
corporaties in mijn onderzoek had men het voornemen om nieuwbouw
te realiseren als seniorenwoningen. De gemeente had echter een heel
andere visie en wilde dat er voor gezinnen zou worden gebouwd. De
gemeente kon haar wensen min of meer opleggen aan de corporatie
doordat ze grondeigenaar was en ze het bestemmingsplan nog moest
wijzigen. Uit dit voorbeeld wordt nogmaals duidelijk dat externe invloe-
den grote consequenties kunnen hebben voor de uitvoerbaarheid van
een beleidsplan.
renda special 2011/2 strategisch voorraadbeleid nieuwe stijl52
ImpLementatIe van beLeID
Het zit dus nogal eens tegen bij de uitvoering van beleid. Ook bij
corporaties. Maar hoe zou het dan wel moeten? Om daar achter te
komen hebben verschillende wetenschappers zich gewaagd aan een
allesomvattende verklaring voor de implementatie van beleid. Een
bekend model dat het implementatieproces probeert te ontrafelen, is
opgesteld door Mazmanian en Sabatier. Zij defini?ren zes condities
waaraan moet worden voldaan om een effectieve implementatie van
beleid mogelijk te maken. Samen bepalen deze volgens Mazmanian en
Sabatier de uitvoerbaarheid van beleid.
De doelen in het beleid moeten duidelijk en consistent zijn.
Het is van belang dat het beleid is gebaseerd op een solide theorie-
vorming. In hedendaags taalgebruik: het beleid moet evidence
based zijn.
Het beschikken over voldoende bevoegdheden en middelen.
De managers van uitvoerende diensten moeten het beleid onder-
steunen en voldoende kwaliteiten op het gebied van management
en politiek hebben.
Ontwerpers van het beleid dienen tijdens de uitvoering een actief
ondersteunende rol te hebben.
Het beleid moet in de loop van de implementatie niet worden
achterhaald door conflicterend beleid of door veranderingen in de
sociaaleconomische context en de politieke of bestuurlijke onder-
steuning van het beleid.
De verklarende modellen over implementatie mogen dan allesomvat-
tend zijn, het is maar de vraag of je er in de praktijk zo veel aan hebt.
De modellen zijn vergezichten op een ideaal geachte situatie van
beleidsimplementatie. In de praktijk is het echter lastig om te handelen
naar een van de vele implementatiemodellen die in de loop der jaren
zijn ontwikkeld. Het model dat hiervoor is ge?ntroduceerd is daarbij
representatief voor een groot aantal soortgelijke implementatiemodel-
len. Op zichzelf lijken het adequate beschrijvingen, maar voor een
vertaling naar de praktijk blijven ze te globaal. De vraag wat je in de
praktijk concreet kunt doen om de uitvoering van beleid aan te pakken,
wordt met deze modellen nog niet beantwoord.
nIeuWe stIjL
Implementeren oude stijl is veelal eenrichtingsverkeer. Het beleidsplan
is heilig, en de uitvoerders worden geacht de gestelde doelen te berei-
ken. Als er zo veel mis kan gaan bij die manier van implementeren, en
als de vergezichten van verschillende auteurs zo onrealistisch lijken,
dan dringt zich de vraag op wat er dan nog wel kan. Wat kunnen
beleidsmakers en, belangrijker nog, de uitvoerders van beleid in orga-
nisaties doen om beleid te implementeren? Het antwoord is te formu-
leren in de vorm van drie opdrachten:
Opdracht 1: zorg dat het beleid op het netvlies staat bij de uitvoer-
ders. Op dit onderdeel valt op een relatief gemakkelijke manier nog
veel te winnen.
Opdracht 2: probeer afwijkingen van het beleid niet langer weg te
moffelen, maar maak ze zichtbaar. Alleen dan kun je er met nieuw
beleid op inspelen.
Opdracht 3: zorg dat uitvoerders de hobbels die ze dagelijks tegen-
komen gemakkelijk naar de beleidsmakers kunnen terugkoppelen.
Zo leren beleidsmakers de praktijk beter kennen.
Wie deze opdrachten tot een goed einde brengt, implementeert zijn
beleid zo goed mogelijk, en kan tegelijkertijd zijn beleid snel aan de
veranderende werkelijkheid aanpassen als dat nodig is. Daarmee
ontstaat een tweerichtingsverkeer. Dat is implementatie nieuwe stijl.
LOgIstIek prOces
Voor de uitvoering is het belangrijk om beleid in hapklare brokken aan
uitvoerders te presenteren op het moment dat het beleid voor hen
relevant is. Elke dag worden er in de organisatie talloze beslissingen
renda special 2011/2strategisch voorraadbeleid nieuwe stijl 53
genomen die de uitvoering van beleid be?nvloeden. Ervoor zorgen dat
(onderdelen van) het beleid bij al die beslissingen op het netvlies van
de beslisser staat, is niets minder dan een logistiek proces.
Logistiek wordt wel omschreven als het juiste product op het juiste
tijdstip in de juiste vorm op de juiste plaats brengen. Bij verschillende
soorten beslissingen zijn verschillende onderdelen van het strategisch
voorraadbeleid belangrijk. Beslissers hoeven niet elke keer het
complete beleidsrapport op hun netvlies te hebben. Een alinea, een
regel of zelfs een enkel getal aan informatie volstaat vaak al. Dat is de
vorm. Ook het tijdstip is van belang. Een woning kan bij mutatie aan de
beurt zijn voor een renovatie, lang nadat het beleid is geschreven. Ook
de pas aangenomen nieuwe medewerker moet dan weten wat er moet
gebeuren. Tot slot is de plaats waar de beleidsinformatie terechtkomt
van belang. Informatie over maatregelen die bij een mutatie worden
genomen, kunnen het beste bekend worden gemaakt op de plek waar
ook de opzegging van de oude bewoner wordt geregistreerd.
In de huidige praktijk blijkt dat de verbinding tussen beleid en uitvoering
het sterkst is wanneer deze door personen wordt gelegd. Uit mijn
onderzoek blijkt dat wanneer de opstellers van het beleid ook de
uitvoerders zijn, het beleid vaak leidend is bij de uitvoering. Bij de
vernieuwing van een flat in Rotterdam is het bijvoorbeeld de beleidsme-
dewerker die, tijdens het uitvoeringsproces, de verkoop van woningen
tegenhoudt met een verwijzing naar het strategisch voorraadbeleid.
Andere betrokkenen bij het project hadden geen weet van dit beleids-
plan. Hoewel de inzet van de opstellers van beleid in de uitvoering een
sterke verbinding van beleid en uitvoering met zich meebrengt, levert
het ook problemen op. Beleidsmakers hebben eenvoudigweg te weinig
tijd om aanwezig te zijn in alle uitvoeringsprocessen die uit hun beleid
voortvloeien. En ook voor externen is de nadruk op personen niet altijd
ideaal. Je moet dan immers maar net de juiste persoon treffen, wil je
gehoor krijgen voor je vragen en opmerkingen over de uitvoering. Het
uitsluitend inzetten op personen om de verbinding tussen beleid en
uitvoeringsproces tot stand te brengen is dus vragen om problemen. In
plaats daarvan kan vanuit de gedachte van het logistieke proces ook
gezocht worden naar de inzet van automatisering, begrotingen, jaar-
plannen en dergelijke. Zo kan worden zeker gesteld dat beleid op het
netvlies van de uitvoerders terechtkomt.
afWIjken van beLeID
Afwijken van eerder vastgesteld beleid is een groot taboe in veel orga-
nisaties. Op zichzelf is dat niet zo gek. Afwijken van beleid kan leiden
tot vragen van stakeholders; was het beleid niet goed dan? Maar jullie
hadden toch gezegd dat...? Afwijken kan zelfs leiden tot verwijten van
onbetrouwbaarheid of het meedoen met de waan van de dag. Bij voor-
keur gebeurt afwijken van beleid daarom stiekem. De ene keer is er
sprake van `nieuw beleid' en wordt het oude beleid snel in een diepe la
weggestopt. Bijvoorbeeld wanneer een complex toch niet gereno-
veerd maar gesloopt moet worden. Andere keren wordt de afwijking
zelf verdoezeld. Dat renovaties en nieuwbouw gaandeweg het project
kostenoverschrijdingen met zich meebrengen, wordt pas na afloop in
volle omvang duidelijk.
Afwijkingen van beleid wegmoffelen is om twee redenen niet langer
een goed idee. In de eerste plaats vertroebelt het `t zicht op nieuwe
ontwikkelingen, waardoor afwijken van beleid juist te verkiezen valt
boven de uitvoering ervan. Een voorbeeld is de afwijking van het beleid
om een gerenoveerd appartementencomplex uiteindelijk niet voor seni-
oren maar voor jongeren te bestemmen. Tijdens het opstellen van
beleid was er nog een tekort aan seniorenwoningen, terwijl gaandeweg
bleek dat steeds meer jongeren in de knel kwamen. Wie niet openstaat
voor afwijkingen van beleid had deze keuze wellicht niet gemaakt. Ten
tweede is het zo dat het beleid alleen kan leren van de afwijkingen van
eerder beleid wanneer die afwijkingen bekend zijn. Het zichtbaar maken
van afwijkingen stelt de nieuwe ontwikkelingen die na het opstellen van
beleid zijn ontstaan in de schijnwerpers, en laat zien dat je als corpora-
tie oog hebt voor de veranderingen in de wereld om je heen.
terugkOppeLen
Wanneer tijdens het dagelijkse werk binnen een corporatie wordt afge-
weken van het eerder opgestelde beleid is het zaak om dat niet alleen
zichtbaar te maken, maar ook om het terug te koppelen aan de
beleidsmakers. Alleen op die manier kunnen beleidsmakers leren van
de weerbarstigheid van de praktijk. Door de afwijkingen terug te
koppelen kan het beleid beter op de praktische problemen worden
toegesneden. Het beleid op deze manier beter toesnijden op de prak-
tijk kent verschillende vormen, van een aanvullend beleidsbesluit van
het managementteam tot een compleet nieuw beleidsplan. En alles
daar tussenin. Dit is vergelijkbaar met de manier waarop software
actueel wordt gehouden; hier wordt van klein tot groot gebruikge-
maakt van patches, updates, services packs en nieuwe versies.
In de corporatiepraktijk van alledag gebeurt dit softwareachtige
aanpassen van het beleid al. Strategisch voorraadbeleid is niet alleen
in de gelijknamige beleidsrapportage te vinden, maar ook in onderne-
mingsplannen, prestatieafspraken, notulen van het managementteam
en beleidsmemo's. In Utrecht worden op deze manier de plattegron-
den van een groot aantal portiekflats aangepast bij een huurderswisse-
ling. Niet omdat het was opgenomen in het oorspronkelijke strategisch
voorraadbeleid, maar omdat de corporatie er tijdens de rit mee begon
op basis van vragen van de technische opzichters die tot beleid
werden verheven in een beleidsmemo.
Wie implementatie nieuwe stijl wil oppakken, begint aan een avontuur
door de eigen organisatie. De hiervoor geformuleerde opdrachten
helpen daarbij, maar schetsen geen eindplaatje. Dat is ook logisch,
want het eindplaatje ziet er in elke organisatie anders uit en wordt
gevormd door de mensen die er samenwerken aan het balanceren
tussen uitvoering van beleid en de bewuste afwijking daarvan.
Reacties