Al veel te lang wordt gesloopt met weinig respect voor de materialen waaruit gebouwen zijn opgebouwd. Het zou weer vanzelfsprekend moeten worden secundaire bouwmaterialen in te zetten bij onderhoud, renovatie en nieuwbouw.
2 M E I 2005
waarvan zeker een deel een vak zou willen leren gericht op
de waardevolle, praktisch toepasbare, ambachtelijke ken-
nis van materialen, producten en het bouwproces, is die
vakkennis niet meer voorhanden.
Wat we ook zijn kwijtgeraakt is het respect voor materia-
len en grondstoffen. Dit geldt zowel voor bouwers als slo-
pers. De bouwer kan immers alles krijgen (kopen) en slo-
pers worden geacht een pand en/of terrein zo snel moge-
lijk leeg te maken ? een activiteit waarbij respect voor ma-
terialen niet echt een toegevoegde waarde heeft.
Beleid
VROM is tevreden sinds zo'n 80 ? 90 % van het bouw- en
sloopafval wordt gerecycled. Maar dat is niet genoeg.
Sterker nog, dit succes lijkt om te slaan naar een nadeel als
het gaat om beleidsmatige steun voor het tot stand bren-
gen van verdergaande vernieuwingen. Er dreigen tekorten
van veel grondstoffen (zoals hout, metalen en olie) en ook
levert de bouwsector een forse bijdrage aan de te hoge uit-
stoot van CO2. Nederland heeft een beleid nodig dat het
gebruik van grondstoffen in de bouw radicaal wijzigt, om
economische redenen (prijsstijgingen vanwege dreigende
schaarste) en uiteraard om milieuredenen.
Naast (nieuwe) vernieuwbare grondstoffen (zoals leem,
stro en bamboe) en secundaire grondstoffen (afvalstoffen
die kunnen dienen als grondstof, zoals puingranulaat)
kunnen op grotere schaal secundaire bouwmaterialen
worden toegepast, zowel in nieuwbouw als bij onderhoud
en renovatie. Ook IFD-concepten verdienen een veel gro-
tere plek op de nieuwbouwmarkt. Waarom geen tijdelijke
woonunits voor bijvoorbeeld studenten bouwen uit ge-
bruikte materialen?
Wat betreft het gebruik van secundaire bouwmaterialen
helpt het Bouwbesluit niet mee. Binnendeuren van 201 cm
hoog uit de sloop zijn niet toepasbaar in de nieuwbouw.
Ook gebruikte trappen voldoen vaak niet aan de eisen
voor nieuwbouw. Waarom moet elke nieuwbouwwoning
rolstoelvriendelijk zijn?
Wat nodig is, is vooral wat bestuurlijke wil en creativiteit.
Wat stimuleringspremies, een flinke portie betaalbare vrije
kavels, wat meer samenwerking tussen de verschillende
aanbieders van duurzame producten en concepten en een
vooruitstrevende hypotheekverstrekker... en er zouden
jaarlijks duizenden betaalbare echt ecologische duurzame
woningen gebouwd kunnen worden.
De Nederlandse bevolking zou een dergelijk beleid een
warm onthaal geven. Uit onderzoek van het RIVM is re-
cent gebleken dat ? naast werkgelegenheid, veiligheid en
integratie ? duurzaamheid bij Nederlanders hoog op de
agenda staat. En dan hebben we het nog niet eens over de
lagere bouw- en woonkosten... ????????????????????
Bouwen en slopen: historisch gezien bestaat daartussen
geen onderscheid. Aannemers (bouwvaklieden) waren zo-
wel bouwers als slopers. Al het materiaal dat bij sloop in-
tact kon vrijkomen werd zo zorgvuldig mogelijk behan-
deld en bij (her)bouw weer gebruikt. Dit vanwege het ge-
brek aan middelen en aan beschikbare nieuwe eindpro-
ducten, maar ook omdat men zich bewust was van de
waarde van de materialen; veel producten werden door de
bouwvakkers zelf ambachtelijk vervaardigd.
Ambachtelijke vakkennis
Deze manier van bouwen is nog veel te vinden in `armere'
landen. Maar in Nederland en andere welvarende landen
is bouwen een zeer specialistische bezigheid geworden,
waarbij de betrokkenheid van de aannemer op de bouw-
plaats steeds meer bestaat uit het bewaken en co?rdineren
van de logistiek en de planning, terwijl de eigenlijke pro-
ductieactiviteiten steeds vaker elders en door derden wor-
den gedaan (prefab). Ambachtelijke vakkennis beperkt
zich steeds meer tot de afbouwfase in plaats van de ruw-
bouw. Overal zijn goed bereikbare bouwmaterialenhan-
dels en transport is geen probleem meer. Aannemers en
ontwerpers zijn bovendien niet (meer) gewend rekening te
houden met de voorraad aan herbruikbare materialen.
Sinds het vak van sloper als apart beroep bestaat, is ook
daarin veel veranderd. De sloper maakt zich steeds minder
druk om het behoud van materialen en producten. Slechts
voorzover materialen direct verkoopbaar zijn en daardoor
meeropbrengst of minderkosten genereren, worden ze nog
gedemonteerd. Ook slopen is nauwelijks nog een ambach-
telijk proces; precisiemachines (vakbekwaam bestuurd)
hebben de plaats ingenomen van de bouwvakkers die zelf
sloopten en bouwden. Evenzo is de logistiek gericht op
een snelle afvoer van sloopafval, naar gespecialiseerde af-
valverwerkers.
Bij dit hele proces van specialisering, schaalvergroting en
versnelling van het bouw- en sloopproces, hebben we wel-
iswaar veel gewonnen (snelheid, lichtere arbo-omstandig-
heden, kostenverlaging), maar ook een aantal zaken ver-
loren.
Allereerst zijn we de ambachtelijke vakkennis van het
bouwen steeds meer kwijtgeraakt. Bij renovatie- en res-
tauratieprojecten blijkt het vinden van ervaren (Neder-
landse) vakmensen vaak een probleem. Terwijl veel men-
sen in Nederland buiten het arbeidsproces zijn geraakt,
Rob Gort
Al veel te lang wordt gesloopt met weinig respect voor de
materialen waaruit gebouwen zijn opgebouwd. Het zou weer
vanzelfsprekend moeten worden secundaire bouwmaterialen
in te zetten bij onderhoud, renovatie en nieuwbouw.
header
Respect
DE AUTEUR
Ir. Rob Gort is directeur en
oprichter van Bouwcarrousel
bv, innovatief bedrijf dat
duurzaam voorsloopt, her-
bruikbare bouwproducten
verkoopt en met gebruikte
bouwmaterialen verbouw-
en nieuwbouwprojecten uit-
voert. Daarnaast is hij als
beleidsadviseur vanuit AGM
Afval- & Grondstoffen Ma-
nagement betrokken bij
projecten van vervanging
van beton resp. beton- en
metselzand door secundaire
en vernieuwbare bouw-
materialen.
Ontwerp van ecologische vakantiewoningen op basis van leemstenen,
strobalen en gebruikte bouwmaterialen, een initiatief van Bouwcarousel.
Bron:BouwcarouselB.V.
Reacties