Ruimte is schaars. Dus wordt noodzakelijkerwijs steeds vaker gebouwd langs wegen en nabij bedrijventerreinen. Locaties die potentieel gevaarlijk zijn voor gebouwgebruikers. De omzetting van energie (verkeer, industriële processen) gaat immers vaak hand in hand met uitstoot van schadelijke stoffen zoals fijn stof. Op Europees niveau zijn nu normen gesteld. Deze hebben nogal wat consequenties voor de bouw.
22 N OV E M B E R 2005
In de lucht zweven allerlei deeltjes: stof. Een deel daarvan
? fijn stof; 10 micrometer en kleiner ? kan bij inademing
in de longen terechtkomen en zo de gezondheid be?nvloe-
den. Hoe kleiner de deeltjes, hoe verder ze het luchtweg-
systeem binnendringen.
Fijn stof kan onder meer leiden tot (versterkte) luchtaan-
doeningen en zelfs tot vroegtijdige sterfte. Studies wijzen
uit dat in Nederland jaarlijks 2.300 tot 3.500 mensen
vroegtijdig overlijden aan alleen al de acute gevolgen van
blootstelling aan fijn stof. Onderzoekers houden er reke-
ning mee dat het stof schadelijk is voor de gezondheid om-
dat het andere gevaarlijke chemische verbindingen mee-
neemt het lichaam in. Volgens een studie zou langdurige
blootstelling aan fijn stof zelfs kunnen leiden tot over-
draagbare DNA-schade.
Schadelijk
Er is echter nog veel onbekend over de samenstelling van
het fijn stof, en met name over welke elementen schadelijk
zijn en welke niet. Wel zijn er steeds meer aanwijzingen
dat vooral de kleine en/of ultrafijne deeltjes ernstige ge-
zondheidseffecten kunnen hebben.
Iets meer dan de helft van het fijn stof in Nederland is van
natuurlijke oorsprong, zoals zeezout en bodemstof. De rest
wordt veroorzaakt door menselijke activiteiten (de `antro-
pogene bijdrage'), zoals verkeer, industrie, roken, stoffe-
ring en koken. Een deel van de antropogene bijdrage is dus
afkomstig van bronnen binnenshuis. Roken is een belang-
rijke boosdoener (1 sigaret per dag geeft een verhoging van
2?5 ?g/m3). Ook in ruimtes ? vooral keuken en badkamers
met geisers en/of gaskookstellen ? waar de gebruikers on-
voldoende ventileren stijgt de concentratie fijn stof (een en
ander blijkt uit onderzoek in woningen, maar er is geen re-
den te veronderstellen dat dit anders is voor utiliteitsge-
bouwen). Waar niet wordt gerookt, is de concentratie fijn
stof binnenshuis over het algemeen lager dan die buiten.
Lonneke Haans & Harry van Weele
E u r o p e s e l u c h t k w a l i t e i t s n o r m e n
Ruimte is schaars. Dus wordt noodzakelijkerwijs steeds vaker
gebouwd langs wegen en nabij bedrijventerreinen. Locaties die
potentieel gevaarlijk zijn voor gebouwgebruikers. De omzetting
van energie (verkeer, industri?le processen) gaat immers vaak
hand in hand met uitstoot van schadelijke stoffen zoals fijn stof.
Op Europees niveau zijn nu normen gesteld. Deze hebben nogal
wat consequenties voor de bouw.
energie&gezondheid
Niet fijn stof
DE AUTEURS
Drs. Lonneke
Haans is werk-
zaam bij BBA
Boerstra Binnen-
milieu Advies
(lh-bba@binnen-
milieu.nl), ir.
Harry van Weele
bij ISSO (h.v.wee-
le@isso.nl)
Fijn, fijner, ultrafijn
Stof is een verzamelnaam voor alle in de lucht zwevende,
vaste en/of vloeibare deeltjes, in grootte vari?rend tot 25
?m (1 ?m = 0,001 mm). Van het stof in de buitenlucht is
99,9% kleiner of gelijk aan 1 ?m. Voor de gezondheid is
vooral het stof dat bij inademing in de longen terecht kan
komen belangrijk. Dit stof van 10 ?m en kleiner wordt
`fijn stof' of PM10 (particulate matter 10) genoemd. Hoe
kleiner de deeltjes, hoe verder ze in het ademhalingsstel-
sel kunnen doordringen. Volgens de huidige inzichten zijn
de kleinste deeltjes (PM2,5; < 2,5 ?m) en vooral ultrafijn
stof (PM0,1; nano-particles: < 0,1 ?m) verantwoordelijk
voor de meest ernstige gezondheidseffecten.
Luchtfilters
Voor het filteren/reinigen van ventilatielucht worden
HEPA-filters en/of elektrostatische filters toegepast. Een
F8 (EN779)-filter verwijdert het merendeel van het fijn
stof, een nog fijner filter en/of een elektrostatisch filter
verwijdert voor een deel ook ultrafijn stof. Er is nog veel
onbekend over het filteren van met name ultrafijn stof.
Om ervoor te zorgen dat de filters lang meegaan wordt
vaak een `voorfilter' toegevoegd dat de grotere deeltjes
vangt. Ook zijn er combinaties van filters met actieve
kool, om geuren te neutraliseren. Het vangrendement
(`filterefficiency') is afhankelijk van de deeltjesgrootte, het
filterprincipe en in mindere mate de luchtsnelheid. De fil-
ters moeten tijdig worden vervangen, want ze verliezen op
den duur hun werkzaamheid. Ook een goede vochtvrije
montage is belangrijk. Het is vanzelfsprekend het best de
luchtinlaat van ventilatiesystemen zo ver mogelijk verwij-
derd van verkeersaders te situeren.
Gebruikers van gebouwen in gebieden met een verhoogde uitstoot van
fijn stof lopen een verhoogd gezondheidsrisico. Een extra reden om bij-
voorbeeld scholen te bouwen ver verwijderd van snelwegen en industrie.
Bron:BBA
N OV E M B E R 2005 23
Maar als de fijnstofconcentratie buiten hoog is, stijgt over
het algemeen ook de concentratie binnen. Gebruikers van
gebouwen in gebieden met een verhoogde uitstoot van fijn
stof ? door bijvoorbeeld verkeer en industrie ? lopen dus
een verhoogd gezondheidsrisico.
Om de gezondheidsrisico's te verminderen heeft de Euro-
pese Unie luchtkwaliteitsnormen vastgesteld in de vorm
van grenswaarden voor fijn stof. Aan deze grenswaarden
moet sinds 1 januari 2005 in alle lidstaten worden vol-
daan. De concentraties fijn stof in Nederland zijn de afge-
lopen jaren sterk omlaag gegaan, maar toch worden de
nieuwe grenswaarden hier nog overstegen (zie kader). In
Nederland zit vooral in de westelijke en zuidelijke provin-
cies regelmatig te veel fijn stof in de buitenlucht, en dan
vooral nabij grote steden, langs autowegen en bij grote in-
dustriegebieden. Luchtkwaliteitseisen voor de kleinste (ul-
trafijne) deeltjes zijn (nog) niet vastgesteld; dat is gezien de
schadelijkheid van vooral die deeltjes een gemis.
Normoverschrijding
In Nederland heeft de overschrijding van de fijnstofnor-
men geleid tot grote belangstelling vanuit de politiek. In
een brief aan de Tweede Kamer van 20 september jl. over
de aanpak van de luchtkwaliteit schrijft staatssecretaris
Van Geel van VROM bijvoorbeeld nog eens dat de norm-
Verkeer levert een grote
bijdrage aan de concen-
tratie fijn stof .
Grenswaarden
De Europese Unie heeft luchtkwaliteitsnormen vastgesteld in de vorm van grens-
waarden voor fijn stof (PM10). Aan deze normen moet vanaf 1 januari 2005 in alle
lidstaten worden voldaan. Er zijn twee grenswaarden omschreven:
, het jaargemiddelde fijnstofconcentratie mag het niveau van 40 ?g/m3 niet over-
schrijden;
, het daggemiddelde fijnstofconcentratie van 50 ?g/m3 is op niet meer dan 35 da-
gen per jaar toegestaan.
De gemeten jaargemiddelde concentratie fijnstof in Nederland is in tien jaar tijd af-
genomen met 25% en bedroeg in 2003 34 ?g/m3. De grenswaarde van 40 ?g/m3
wordt in Nederland beperkt overschreden: in 2003 op slechts enkele meetlocaties
(een regionaal station en twee stations in de stedelijke omgeving).
Het aantal dagen met een daggemiddelde concentratie boven 50 ?g/m3 is de af-
gelopen 10 jaar gehalveerd, maar de grenswaarde voor deze concentraties wordt
in Nederland toch nog regelmatig overschreden. In de westelijke en zuidelijke pro-
vincies was in 2003 de concentratie 55 tot 65 dagen per jaar boven de 40 ?g/m3.
Alleen in de provincies Groningen en Drenthe bleef de concentratie altijd onder
deze norm.
Grenswaarden voor PM2,5 zijn nog in ontwikkeling. Op de ultrafijne deeltjes (PM0,1)
zijn ook geen normen van kracht. Gezien de ernstige gezondheidsschade die ul-
trafijn stof lijkt te kunnen toebrengen, zouden er juist luchtkwaliteitseisen moeten
komen voor ultrafijne deeltjes. Over de concentraties PM2,5 en PM0,1 in Nederland
zijn geen gegevens bekend.
Foto:StevenvanSoldt
energie&gezondheid
24 N OV E M B E R 2005
overschrijding wat betreft fijn stof onge-
wenst is. De normoverschrijding heeft
echter verstrekkende consequenties voor
de ruimtelijk-economische en infrastruc-
turele ontwikkelingen in Nederland en
daarmee voor de ambities van het kabi-
net, onder andere wat betreft de uitvoe-
ring van de Nota Ruimte en de Nota
Mobiliteit. Zo worden bouwaanvragen
voor projecten op bepaalde locaties, bij-
voorbeeld in de buurt van snelwegen,
niet meer gehonoreerd.
De gevolgen op stedenbouwkundig ge-
bied zijn dus groot. Het kabinet werkt
momenteel aan een beleidspakket dat
enerzijds de gezondheid moet verbeteren
en anderzijds voorkomt dat Nederland
ruimtelijk en economisch `op slot' gaat.
Deze aanpak omvat onder andere maat-
regelen, die hoofdzakelijk zijn gericht op
verkeer, nieuwe wetgeving, inbreng van
Nederland in de Europese besluitvor-
ming en het opstellen van een Task Force
Luchtkwaliteit.
De `dagnorm' voor fijn stof (zie het kader over grens-
waarden) is in hoge mate bepalend voor de huidige ruim-
telijke problematiek. Veel is nog onbekend over bronnen,
samenstelling en schadelijkheid van fijn stof. Als daarover
meer kennis beschikbaar komt, kan dat nog de nodige ef-
fecten hebben op de bouw in Nederland. ????????????s
Luchtkwaliteit en de bouwsector
Het kabinet heeft op Prinsjesdag aangekondigd 900
miljoen uit te willen trekken voor maatregelen om de
luchtkwaliteit in Nederland te verbeteren. Volgens de or-
ganisatie Bouwend Nederland blijven er op korte termijn
echter knelpunten bestaan voor de bouw. Ondanks de
aangekondigde bronmaatregelen zullen met name in de
regio IJmond/Amsterdam, Rijnmond/Haaglanden, stad
Utrecht en de provincie Noord-Brabant bouwprocedures
worden vertraagd of stopgezet, zo blijkt uit het rapport
`Lucht voor Kwaliteit' van DHV, TNO Bouw en RIGO. Bou-
wend Nederland hoopt dat Nederland uitstel krijgt om te
voldoen aan de Europese normen voor fijn stof en stik-
stifoxide. Zo niet, dan zijn volgens de organisatie zo'n
33.000 arbeidsplaatsen in het geding.
Maatregelen
Enkele maatregelen die de blootstelling aan fijn stof ? en de effecten hiervan op
de gezondheid ? kunnen verminderen zijn:
, vervangen van dieselmotoren door benzinemotoren;
, toepassen van roetfilters in gemotoriseerd verkeer;
, een bouwverbod van bijvoorbeeld basisscholen, kinderdagverblijven en zie-
kenhuizen maar ook woningen binnen een zone met een fijnstofconcentratie
van 40 ?g/m3 (jaargemiddeld) of hoger en binnen 200 meter van de snelweg;
, zo veel mogelijk wegvangen van fijn stof door filteren/reinigen van de venti-
latielucht.
Gezien het grote effect van buitenlandse bronnen op de fijnstofconcentratie in
Nederland, is echter zeker ook nodig de emissie op Europees niveau aan te
pakken.Stofdeeltjes.
Bron:BBA
Figuur 1. Afmetingen van stofdeeltjes.
Reacties